Inleiding
Dit kwartaal hebben we stage gelopen op 2 basisscholen. Het project was kunst en cultuur in de natuur. De twee basisscholen bevonden zich in Heteren en in Driel. In Heteren gaven we les aan 32 kinderen en in Driel aan 19 kinderen. We hebben op beide scholen een reeks van drie lessen gegeven en het was de bedoeling dat we voor beide basisscholen dezelfde opdrachtreeks zouden geven.
Gaandeweg heeft de ervaring echter geleerd dat de eerste lessenreeks niet inspeelde op het creërende vermogen van de kinderen daarom hebben we deze ook aangepast.
In dit verslag onze bevindingen
De Klimboom – Heteren
De Klimboom is een basisschool in Heteren met openbaar onderwijs. Er zitten ongeveer 130 kinderen op de school en in groep 1 en 2 zitten 32 leerlingen.
Op basisschool De Klimboom staat het kind centraal, ze geven kwalitatief, hoogwaardig vernieuwend en eigentijds onderwijs. Ze streven ernaar de kinderen zich zo te laten ontwikkelen dat zij zelfbewust, open en verbindend in de wereld staan.
De opdracht:
De kinderen creëren hun eigen omgeving door het maken van bloemen, bomen, vijvers en dieren maskers.
Les 1 - bloemen
Inleiding
Beginnen met voorstellen, elk van de kinderen stelt zichzelf voor en verteld iets persoonlijks.(10 min)Het vertellen van een verhaal van jip en janneke (10 min)
Middenstuk
Wat vertellen over het project, kunst en cultuur in de natuur en dat we vandaag bezig gaan met het thema bloemen. Bloemen laten zien (15 min )
Pauze van een half uur/ kwartier
Groep opsplitsen in 3,
uitleg plus maken van de bloem
- schilderen van de ‘’steel’’
- de cupcake met vingers beschilderen
- de blaadjes uit knippen/ prikken
-cupcake plus blaadjes op de stengel plakken.
20 min tot half uur
Slot
Nabespreken van de werkjes (10 min)
Verhaal vertellen jip en janneke (10 min)
Checklist:
- Cupcakes
- ‘’steel’
- Blaadjes uitgeprint
- Bloem plaatjes om te laten zien, plus echte bloemen mee nemen.
- Normale verf, vingerverf, kwasten, iets om de verf in te doen.
Evaluatie
Wat ging goed.
De opdracht vormen in een verhaal werkte erg goed. De kinderen vonden de verhalen leuk en luisterden geboeid. Ook vonden ze het super om te vingerverven omdat ze dat normaal gesproken nooit doen.
Wat ging minder goed.
De kinderen vonden het heel erg leuk dat we er waren en daarom super enthousiast. De scholieren zitten normaal gesproken in 2 verschillende groepen (groep 1 en groep 2) en zien elkaar dus niet de hele tijd. Deze factoren droegen er aan bij dat de kinderen heel erg druk waren.
De leerlingen mochten hun naam noemen en hun lievelingseten. Dit liep een beetje chaotisch omdat dit langer duurde dan verwachtte en er kinderen gingen staan, ongeduldig werden.
Vervolgens gingen we met zijn allen beginnen aan het maken van de ‘’steel’’. De steel zou geverfd worden en daar gingen we met zijn allen ook meteen mee aan de slag. Dit hadden we beter niet allemaal tegelijk kunnen doen want alle kindjes moesten een schort aan (die waren er niet genoeg) en alle kindjes moesten tegelijkertijd hun handen wassen
Vervolgens bij het maken van de bloem hadden we hetzelfde probleem, nu waren we er ook nog vergeten bij te melden dat de mouwen opgestroopt moesten worden waardoor de kinderen helemaal onder de vingerverf kwamen
Over het algemeen waren de scholieren veel sneller klaar dan verwacht met de opdracht en moesten er veel ‘’nood’’ oplossingen/opdrachten bij komen. Dit ging ons gelukkig allemaal goed af.
Voor de volgende keer:
Voor de opdracht hadden we de klas in drieën verdeeld. Dit was een beetje natte vingerwerk en bij het ene groepje waren dan ook meer kinderen, of kinderen die niet goed samen werken. Voor de volgende keer moeten we vooraf de groepen maken (het liefst met de leraar) zodat we elke week dezelfde groep hebben en de namen van de kinderen beter uit ons hoofd kunnen leren. Omdat we een ‘’knutsel’’ opdracht hadden konden leerlingen niet erg creatief zijn. Als het werkje leek op het voorbeeld was het af. De volgende keer kiezen we voor een opdracht waarbij de leerlingen hun creativiteit kwijt kunnen en waar vooraf al niet bepaald is wat de vorm, kleur van het eindwerk moet zijn.
Ook moeten we de opdracht groter en meer diverse maken zodat de kinderen de volledige middag bezig kunnen zijn. Functies van de verschillende tafels indelen. Bijvoorbeeld 1 tafel voor verven (die dichtbij de wasbak zit) een tafel voor alle materialen (in het midden). Hierdoor zijn de tafels waar de kinderen aan werken minder vol met spullen waardoor we beter in de hand kunnen houden waar de kinderen mee bezig zijn.
Tijdens het voorlezen van het verhaal was er weinig plek voor de leerlingen in het lokaal, ze gingen ook aan de materialen die op tafel stonden zitten. Daarom gaan we de volgende keer verhalen en spelletjes in de gymzaal doen. Hierdoor kunnen we alle materialen goed klaar leggen zo hoeven we geen rekening te houden met een gigantische kring midden in het lokaal.
les 2 – Bomen en bladeren
Inleiding
In de kring -> Voorlezen verhaal over natuur/bomen met gebaren erbij die de kinderen mogen nadoen.
(15 minuten incl. groepjes weer compleet maken)
Middenstuk
Opdracht; bladeren inkleuren met wasco vervolgens uitprikken. Later bevestigen aan boom die de groepjes op een plaat gaan inkleuren; de kinderen krijgen de opdracht om of een heel oude boom een oude boom of een jonge boom te gaan maken, dit sluit aan bij het voorleesverhaal. ( bij het maken van de bladeren wordt overigens ook rekening gehouden met de boomsoort) De bloemen van de vorige les zijn nog niet bevestigd aan de steel, op een aparte tafel zal ieder groepje om de beurt de bloem gaan lijmen. ( bij het maken van de bladeren overigens ook)
( Totale tijd voor bladeren, bloemen en boom circa. 50 tot 60 minuten)
Hoe te doen?
Zelfde groepjes als het eerste lesje. Kinderen zijn weer verdeeld over drie tafels waar de benodigdheden al klaar staan (wasco/bladeren). Aparte tafel met lijm en bloem/steel/bladeren. Telkens 1 groepje de bloem laten lijmen rest gaat gewoon verder met kleuren dan wel uitprikken van het blad.
Na het kleuren en uitprikken van de bladeren het plein op om bomen te bekijken ( Hoe hangen de bladeren/ hoe zien ze er eigenlijk echt uit?). Iedereen pakt elkaars hand beet, zo gaan we gezamenlijk naar de bomen toe.
Aaneengesloten pauze ( ongeveer 15 á 30 min. )
Daarna verder in hetzelfde groepje en werken aan de boom. De kinderen mogen hun boom zo oud, jong of bejaard mogelijk maken. Dit doen ze met wasco en of kleurpotloden.
Later halen we de bladeren er weer bij en kunnen de kinderen deze zelf aan/in de boom plaatsen.
Slot
Afsluiting in kring met verhaal over natuur ( lammetje en vlinder)
( ongeveer 15 minuten)
Benodigdheden;
- Diverse bladeren ( kleurplaten)
- prikpennen en priklappen/scharen
- wascokrijt
- kleurpotloden
- kartonnen platen met boomstam ( voorbereiden)
- lijm voor de bloemen/bladeren
- voorleesverhaal natuur
Evaluatie
Wat ging goed?
Wat goed ging was het voorleesverhaal met gebaren. De kinderen deden enthousiast mee en zwaaiden met hun armen mee alsof hun armen takken waren in de wind. Was erg leuk om te zien en het duurde net lang genoeg. Verder was de opdracht goed gestructureerd en liep de planning enigszins volgens plan; er waren maar enkelen die snel klaar waren met hun bladeren en een vervangende opdracht moesten gaan doen. Ook de richtlijnen die we de kinderen hadden gegeven, het maken van een oude, jong of bejaarde boom, resulteerde wel meer in verschillende werken per groep in tegenstelling tot de bloemen die we de vorige les hadden gemaakt.
Wat ging minder goed?
Wat minder goed ging was het lijmen van de bloemen op de aparte tafel, het zorgde ervoor dat er een beetje chaos ontstond omdat de kinderen hun eigen bloem niet meer konden vinden en het bij sommige te lang duurde waardoor veel kinderen niet aan de beurt kwamen. Wat ook minder goed ging, en wat echt onze fout ook is geweest, is dat we niet meer wisten welke kinderen er bij wie in het groepje hoorden, we waren het vergeten te noteren en de kinderen onthouden het natuurlijk niet en zitten liever bij wie ze willen zitten. Het is uiteindelijk wel goed gekomen maar dus wel belangrijk voor de volgende keer.
Voor de volgende keer;
Hoewel het resultaat al wat creatiever lijkt was de opdracht toch nog een beetje te gestructureerd en hadden de kinderen minder vrijheid en belangrijker hun fantasie en creërende vermogen werd minder geprikkeld. Deze opdracht moeten we waarschijnlijk voor de volgende school wel aanpassen of misschien wel schrappen. Wat ook nog een leermoment was is dus dat als we groepjes hebben gevormd in de eerste les we deze ook maar moeten noteren dat zal ook leiden tot minder chaos, de bloemen, wanneer we de opdracht nog een keer zullen herhalen, zullen dan ook beter kunnen worden voorzien van een naam, kinderen willen graag gewoon iets van zichzelf of voor zichzelf maken. En wat betreft het uitprikken van de bladeren, waarvan we dachten dat de kinderen het leuk vonden en er ook langer mee bezig zouden zijn, bleek ook geen succes, aangezien niet iedere leerling al wel kan knippen lijkt het ons toch handig om hier ook iets op te verzinnen.
Les 3 - dieren
Inleiding (15 min)
We starten in de speelzaal en we beginnen weer met een verhaal, over dieren dit keer. Daarna gaan we twee spellen doen over dieren.
In het eerste spel wordt er een omschrijving gegeven van een dier en raden de kinderen welk dier het is. In het volgende spel laten we silhouetten van dieren zien en mogen ze raden welk dier het is.
Middenstuk (30 min)
De kinderen gaan weer in de groepen en krijgen uitleg over dat ze een masker moeten maken. Ze moeten allemaal bedenken wat voor dier ze willen maken en ook wat voor persoonlijke eigenschappen dat dier heeft. Is het vrolijk/verdrietig/boos? En hoe laat je dat zien? Wat voor kleuren? Daarna krijgen ze de voorgeknipte maskers waarna ze hun idee kunnen uitwerken.
Daarna (15 min)
Een landschap is niet compleet zonder water. Daarom wordt er door elk groepje een vijver gemaakt waarin fantasiedieren leven. Elk groepje bespreekt eerst wat voor vjiver ze willen maken en welke dieren. De vijvers zijn van kartonnen platen en hier mogen ze met wasco op kleuren.
Pauze (30 min)
Ondertussen leggen wij de spullen die ze de afgelopen drie lessen gemaakt hebben als een landschap klaar in de speelzaal.
Slot (30 min)
Nadat de kinderen binnenkomen in de speelzaal mogen ze hun maskers op doen en rondlopen in hun zelfgemaakte landschap. De ouders komen binnen en er wordt een algemeen verhaal verteld over onze school, wie we zijn en wat we met hun kinderen hebben gedaan.
Checklist
- Verhaal
- Dierenspel
- Voorgeknipte maskers
- Platen als vijvers, zilverfolie
- Wascokrijt
- Knip en plak spullen
Evaluatie
Wat ging goed?
De kinderen reageerden heel enthousiast op het dierenspel. Ze vonden het heel leuk en deden goed mee. Daarna gingen de meeste kinderen goed aan de slag met de maskers, ze hadden allemaal hun eigen idee over hoe hun dier moest worden. De kinderen kregen geen kant-en-klaar dierenmasker die ze alleen hoefden te kleuren, maar ze kregen een rond leeg masker, zodat ze echt zelf konden verzinnen wat voor dier het werd. Nadat de maskers af waren wilden ze het allemaal gelijk opzetten, dus ze vonden het leuk. Ook hadden wij het minder druk, doorat de kinderen heel veel zelf konden doen. We hadden geen voorbeeld van hoe het moest. Ze konden allemaal lekker hun eigen ding doen. Het schilderen vonden de kinderen heel erg leuk.
Wat ging niet goed?
Een aantal kinderen vonden de opdracht niet zo leuk en waren het heel snel zat. Vooral de wat jongere kinderen hadden hier last van. Ook wisten we niet zo goed hoe we het moesten aanpakken met de ouders. Die kwamen namelijk niet allemaal tegelijk. Nadat de meeste ouders er waren hebben we wel kort verteld wat we gedaan hebben en toen mochten de ouders gaan kijken, we hadden eigenlijk te veel tijd over op het einde.
Voor de volgende keer
Volgende keer moeten we een back-up plan hebben voor de kinderen die al snel klaar zijn met de opdracht. We wilden graag dat de kinderen een niet-bestaand fantasiedier gingen maken, maar doordat we gewoon bestaande dieren hebben laten zien gingen de kinderen dat ook maken. Volgende keer moeten we dus fantasiedieren laten zien. Ook kunnen we de ouders later laten komen.
De Meander – Driel
De Meander is een basisschool in Driel met openbaar onderwijs. In groep 1 en 2 zitten 19 leerlingen. Op de school is veel aandacht voor het scheppen van een veilig leerklimaat, en gestructureerd les geven. Ook geven ze breed onderwijs op maat.
De opdracht:
Het maken van natuurlandschappen, dieren en mensen.
Natuur
Door middel van een invulverhaal wordt een fantasie landschap gecreerd en gerealiseerd.
Dieren
In dit fantasielandschap leven natuurlijk ook dieren! De kinderen hebben door middel van klei zelf dieren gemaakt.
Mensen
De kinderen maken hun spiegelbeeld en vervolgens worden ze ‘’zelf’’ in het landschap gezet.
les 1- landschappen
Inleiding: 25 min
Onszelf voorstellen en vertellen wat we zullen gaan doen in de komende middagen. Vervolgens gaan we platen van landschappen bekijken en wordt de groep in drieën opgesplitst.
Middenstuk: 35 min
Met het groepje het landschap invulverhaal invullen en de opdracht uitleggen:
Het maken van een landschap met de kenmerken van het invulverhaal. Iedereen krijgt in eerste instantie een taak toegewezen in het groepje.
Pauze: 20 min
De verf wordt erbij gehaald en de scholieren gaan het landschap beschilderen.
Slot: 15 min
Het invulverhaal voorlezen en de scholieren vragen of ze elementen uit het verhaal terugzien in het landschap. Vervolgens verteld elk kind waar hij persoonlijk mee bezig is geweest. Daarna wordt er bij de andere 2 groepen gekeken wat hun invulverhaal is en het bijbehorende landschap.
Checklist:
- Verf(kwasten) en iets om de verf in te doen
- Bakjes voor de materialen
- Crêpe papier, gekleurd papier, lijm, scharen
- Piepschuim
- Melkpakken, enz.
- Satéprikkers, kurken, zilverfolie, schelpen, doppen, enz.
- Kartonnen platen
- Folie om de tafels te bedekken
Evaluatie
Wat ging goed.
De leerlingen reageerde goed op de landschap platen en hun fantasie werd erdoor geprikkeld. In hun landschap vond je ook elementen terug uit de behandelde landschap platen (jungle, vulkaanlandschappen, woestijn enz.) De opdracht vonden ze boeiend en ze konden er echt hun ei in kwijt. De groepen waren goed verdeeld en er zijn geen grote incidenten gebeurd.
De leerlingen hadden netjes hun schorten aan, het wassen van de handjes ging per groepje en was daardoor een stuk minder chaotisch dan de vorige keer.
Wat ging minder goed
Tijdens het laten zien van de landschap platen ontstond er soms rumoer omdat er geen open vragen gesteld werden en de leerlingen soms teveel mochten bepalen. Zullen we nog een landschap laten zien? Ja/ nee!
Op het laatst gingen we schilderen waarna we de evaluatie hadden ingepland. Sommige leerlingen gingen echter boven de net geverfde werken hangen om aan te wijzen wat ze hadden gemaakt, pakten hun werkjes op. Hierdoor kregen ze weer verf aan de vingers en kleding.
Voor de volgende keer:
De evaluatie zouden we anders kunnen doen en wat meer klassikaal in plaats van met het groepje.
Meer open vragen stellen
Les 2- dieren
Inleiding (15 min)
We beginnen met weer het zelfde dierenspel als op de klimboom. Daarna doen we nog een dierenspel. We laten plaatjes zien van dieren die uit twee verschillende dieren bestaan en dan moeten de kinderen raden welke dieren er in verwerkt zitten.
Middenstuk (30 min)
De opdracht uitleggen. De kinderen gaan allemaal hun eigen fantasiedier maken. Ze maken dit van klei. Van tevoren moeten de kinderen bedenken wat voor dier ze willen maken en daar ook weer proberen persoonlijke eigenschappen bij te verzinnen. Dan gaan ze de dieren kleien en beschilderen.
Pauze (30 min)
In de pauze worden alle dieren weggelegd zodat de tafels vrij zijn.
Slot (15 min)
Een dieren verhaal vertellen en dierenliedjes zingen.
Checklist
- Dierenspel
- Klei
- Verf
- Spulletjes als satéprikkers, dopjes, kralen, enz. wat ze ook nog op het dier kunnen doen.
- Folie om de tafels te bedekken
Evaluatie
Wat ging goed?
Het dierenspel ging weer goed. De kinderen deden goed mee. We hebben in de groepjes per persoon gevraagd wat ze wilden gaan maken. Hierdoor konden ze snel aan de slag met kleien. Het werkte goed om ook nog andere materialen neer te zetten die ze in de klei konden verwerken. Hierdoor werd het gelijk meer dan alleen een kleiwerkje. Ook het verven op het einde maakte het af. We zijn de hele les met maar één opdracht bezig geweest, blijkbaar was het afwisselend en leuk genoeg voor de kinderen.
Wat ging minder goed?
Natuurlijk zijn er altijd kinderen die er snel klaar mee zijn. Ook wisten een aantal kinderen niet zo goed wat ze met de klei moesten doen, hoe ze er mee moesten werken. Er waren ook kinderen die er wel heel veel extra spulletjes als kralen, rietjes, dopjes, enz. in hun kleiwerkje. Hierdoor was er weinig over voor de kinderen die wat langzamer werkten en daar nog niet aan toe gekomen waren.
Voor de volgende keer
Volgende keer moeten we misschien de extra spulletjes een beetje verdelen, zodat niet het ene kind heel veel heeft en de ander heel weinig. We zouden ook nog een back-upplan kunnen maken voor de kinderen die het niet wilden doen. Van de ‘’bijzondere’’ materialen pakte sommige leerlingen gelijk een handvol. Hierdoor gingen andere leerling dit gedrag na-apen waardoor er niet meer genoeg materiaal voor iedereen was. Dit was vervelend voor de leerlingen die het materiaal ook hadden willen gebruiken.
Voor de volgende keer moeten we het aantal materialen dat een leerling wil pakken beperken. Bijvoorbeeld, je mag niet 30 satéstokjes pakken maar maximaal 5 per keer zodat iedereen de kans krijgt het materiaal te gebruiken.
Les 3 - mensen
Start; (ongeveer 15 minuten)
In de kring -> Plaatjes laten zien op het smartboard van zelfportretten diverse kunstenaars. Kort verhaaltje over spiegelbeeld voorlezen ( uit moet je doen).
Opdracht; ( ongeveer 45 minuten)
De kinderen krijgen de opdracht om een zelfportret te maken; ze gaan zichzelf in de spiegel maken, dus in feite hun spiegelbeeld. Op door ons vooraf geprepareerde stukken karton met zilverfolie mogen de kinderen d.m.v. verschillende materialen ( wol, papier, verf) zichzelf maken. Het is niet helemaal hun eigen spiegelbeeld maar meer het afbeelden van hoe de kinderen zichzelf zien of graag zouden willen zien.
Hoe te doen? ;
De kinderen weer verdelen in 3 groepen, zelfde als de vorige keer, de opdracht uitleggen dan wel herhalen in het groepje en vervolgens de leerlingen hun gang laten gaan. In het midden zetten we een tafel met verschillende materialen die de kinderen kunnen gebruiken en zelf kunnen pakken. De verf zetten we wel vast op tafel, schortjes mogen ze van tevoren al aantrekken, de tafels bedekken we met folie opdat er snel en gemakkelijk opgeruimd kan worden.
Pauze rond 14.00 tot 14.15
Terwijl de kinderen even aan het luchten zijn zetten wij alles vast klaar want om 14.30 komen de ouders kijken naar het werk wat de kinderen hebben gemaakt.
Slot;
Tot slot omdat het de laatste les is, en Sabine jarig is, trakteren we de kinderen op cake, die ze zelf mogen versieren. Wanneer deze versiert en opgegeten zijn en de ouders zijn gearriveerd kunnen we het werk gaan presenteren. Het lijkt ons leuk als de kinderen hun eigen landschapverhaaltje gaan vertellen ( twee uit verschillende groepjes kunnen namelijk al goed lezen) maar het ligt er een beetje aan wat de omstandigheden zijn.
Benodigdheden;
- karton
- zilverfolie
- scharen
- gekleurd papier
- wol/draad
- folie om tafels te bedekken
- verf/kwasten
- schortjes
- cake+ versiering + bordjes
- plaatjes voor smartboard/PowerPoint ( usb)
- verhaaltje spiegelbeeld
Evaluatie
Wat ging goed?
Wat goed ging in deze les was dat de kinderen hadden begrepen wat de opdracht was, we hadden aan het begin plaatjes laten zien van verschillende kunstenaars en ook laten zien hoe je eruit zal zien in een lachspiegel. Dit prikkelde wel goed de fantasie van de kinderen, ze gebruikten allerlei kleurtjes en plaatste de ogen/neus en oren op een geheel andere plaats dan waar ze normaal gesproken zitten. Resultaat; allemaal kleine Picasso`s. Verder was het ook erg leuk om de cakeplakjes te versieren, dit was een welkome onderbreking.
Wat ging minder goed?
Onze hele planning liep letterlijk in het water. Normaal gesproken bereiden we alles voor ( materiaal pakken/tafels goed zetten) terwijl de kinderen buiten pauze aan het houden zijn. Nu regende het ontzettend waardoor de kinderen dus binnen bleven, dit zorgde een beetje voor een rommelige start, gelukkig konden we het oplossen door de kinderen even in de hal een spelletje te laten doen ( dank je wel juf). We begonnen de les dan ook wat later maar dat maakte niet zo heel veel uit, de kinderen waren erg druk ( volgende dag schoolreisje) en waren redelijk snel al klaar met de opdracht of er eigenlijk meer klaar mee. Wat ook niet helemaal goed ging was het einde van de les, we hadden de kinderen cake laten versieren alvorens de ouders naar hun werkjes kwamen kijken; dit verliep rommelig en chaotisch omdat de kinderen net van buiten kwamen, daarna cake gingen versieren en vervolgens weer de klas moesten verlaten om in de hal het werk te laten zien en toen weer naar de klas terug moesten om af te sluiten. Er was dus telkens weer een overgangstijd waar de kinderen niet echt rustiger van werden, het was overigens wel erg gezellig.
Voor de volgende keer;
Voor de volgende keer zouden we beter het einde, de presentatie in kringverband kunnen doen, waarbij de ouders dan ook kunnen zitten en kunnen luisteren naar alle kinderen. Niet alle ouders waren nu namelijk aanwezig en we lieten de kinderen in hun groepje bij het eigen werk staan, zo konden sommige kinderen dus niet vertellen wat ze hadden gemaakt omdat de ouders die er wel waren naar het werk van hun eigen kind keken. We begonnen wel in een kring maar vertelden enkel wat algemene dingen, wanneer we de kinderen die konden lezen toen ook het landschapsverhaal voor hadden laten lezen dan was het idee ook meer duidelijk geweest en was het waarschijnlijk minder rommelig verlopen en was het ook gemakkelijker geweest om de kinderen weer terug de klas in te halen voor de afsluiting. We hadden dan kunnen zeggen dat ze even langs het werk konden gaan lopen en daarna terug naar de klas moesten gaan; nu moesten we achteraf proberen om de aandacht van 21 enthousiaste kinderen te krijgen, wat erg moeilijk was.
Verschil scholen
Het verschil tussen beide scholen hebben wij als zeer groot ervaren. De verschillen zitten voornamelijk in de voorbereiding, sfeer en groepsgrootte.
De klimboom kunnen we eigenlijk zien als onze referentieschool. We werden in het diepe gegooid en zelf belast met het vormen van een lesplan voor de basisschool, wat natuurlijk geheel anders is dan het middelbaar onderwijs en voor ons dus onbekend terrein. Het is niet verwonderlijk dat we in deze nieuwe ‘leeromgeving’ allerlei dingen fout hebben gedaan. Dit ligt ten dele aan onze voorbereiding, we wisten niet zo goed wat we konden verwachten en wat nu de beste manier was om kinderen uit groep 1 en 2 iets bij te leren; Wat kunnen zij wel/niet? Moeten we het simpel houden? Etc. Kortom, we waren er dus geheel niet op voorbereidt, iets meer begeleiding vanuit school was dan ook wel fijn geweest, maar we hadden zelf ook beter een aantal lesmethodes voor groep 1 en 2 kunnen bekijken.
Hoewel we van tevoren wel een bezoek hebben gebracht aan de klimboom en hebben gekeken welke materialen er al op school aanwezig waren, miste we toch, tijdens het voorbereiden voor de les op de dag zelf, enige begeleiding en of tips van de lerares. Dit resulteerde in een wanhopige zoektocht naar hetgeen waarvan gezegd werd dat het aanwezig was, en zorgde er ook voor dat we de les begonnen met een beetje een onzeker gevoel, kinderen voelen dit feilloos aan wellicht dat het mede daardoor ook chaotischer werd.
Dit brengt ons bij de sfeer. We voelden ons niet echt welkom op de klimboom, het leek alsof de lerares niet zo geïnteresseerd was in ons project. Voor ons was het al een geheel nieuwe ervaring en nu moesten we ook op de basisschool min of meer alles zelf zien uit te zoeken. Later echter kregen we wel enige feedback op onze les, wat wel erg fijn was want zo weet je beter waar je de volgende keer op kunt of moet letten. Ook waren de evaluatiegesprekken met de directrice met feedback van klasgenoten wel erg leerzaam en bruikbaar maar toch leek het ons fijner als we feedback zouden krijgen van iemand die de gehele tijd bij ons in de les was; dingen die ons niet zijn opgevallen maar de lerares bijvoorbeeld wel kunnen zo ook ter sprake komen.
De groepsgrootte maar ook samenstelling speelt een belangrijke rol niet alleen in de beleving van de school maar ook in het leerproces. Een grote groep met kleuters waarvan er ook enkele zijn die normaal in een andere klas zitten zorgt er natuurlijk ook voor dat de kinderen drukker zijn, ze zien elkaar immers niet zo heel veel, waardoor het al sneller minder overzichtelijk wordt en wellicht sneller een chaos lijkt ( dit is waar); Hoe krijg je overzicht in zo`n grote groep? Hoe kun je voorkomen dat het een chaos wordt?
De Meander hebben we dan ook ervaren als een verademing. We moeten wel zeggen dat we dankzij de leermomenten op de klimboom dan ook wisten waarop we moesten letten, en hebben we aan bovenstaande punten ( vragen) kunnen werken. We denken dat het ook wel belangrijk is geweest dat we de Klimboom als referentieschool hebben gehad, hierdoor lijkt deze tweede basisschool dan ook veel leuker en beter, wellicht als we eerst op deze school hadden stage gelopen dat we de Klimboom ook geheel anders hadden ervaren.
We wisten nu hoe we ons beter konden voorbereiden op de lessen, vandaar dat we van tevoren ook aan de Meander een bezoek hebben gebracht en meteen hebben gevraagd of we ons lesplan konden doornemen met de desbetreffende lerares. Dit hebben we gedaan en meteen enkele tips gevraagd en ook samen met de lerares alvast groepjes gevormd opdat we in ieder groepje zowel jongere en oudere en drukkere en rustigere kinderen hadden. ( Op de Klimboom hebben we ervaren dat zo`n groepssamenstelling handiger maar ook rustiger is). Vervolgens hebben we gekeken naar materiaal wat al op school aanwezig is, al het benodigde materiaal hebben we toen al bijeen gezocht; waarbij we overigens alle hulp kregen.
De sfeer op de klimboom hebben we als veel opener, toegankelijker en vrijer ervaren, het gehele team van leraren leek geïnteresseerd in dit project. In tegenstelling tot de Klimboom werd er op de Meander meer een ‘veilige werksfeer’ gecreëerd, maar misschien kwam dit ook wel omdat we nu enigszins een basis hadden gelegd.
De lesjes die we op de Meander hebben gegeven waren dan ook totaal anders dan de lesjes op de Klimboom. De vorige lessen die we hadden bedacht waren niet echt prikkelend voor de fantasie en het creërende vermogen van de kinderen, met dit in ons achterhoofd hebben we een geheel nieuw lesplan bedacht, waarbij we zelf ook minder hoefden voorbereiden; dit speelt ook een grote rol in de beleving; deze nieuwe opdrachten waren niet alleen leuker voor ons om te geven maar ook de reactie van de kinderen was heel anders ( ze leefden helemaal op).
Dat de Meander zo`n verademing leek komt natuurlijk ook door de grootte van de groep en de samenstelling. Op de vorige school hadden we hier niet tot nauwelijks rekening mee gehouden, nu hadden we van tevoren al groepjes gevormd/afgestemd waardoor we meer overzicht hadden en we ook voelden alsof we meer controle hadden op de lessituatie en we ook met een zekerder gevoel de stage begonnen. Natuurlijk was de groep op de Meander al veel kleiner; 20 kinderen i.p.v. 32, ook was dit gewoon één klas, de kinderen zijn helemaal aan elkaar gewend en aan het lokaal.
Kortom; Het is maar goed dat er zoveel verschil tussen de scholen zit, dit betekent dat we de leermomenten van de ene school hebben kunnen meenemen naar de andere school, hierop hebben kunnen letten, het hebben kunnen veranderen/aanpassen, en het belangrijkste; een groei hebben doorlopen.
Persoonlijke evaluatie Sabine
Omdat het erg lang is geleden dat ik zelf op de basisschool heb gezeten kon ik mij moeilijk voorstellen wat ik daar ook al weer allemaal heb gedaan qua leren en wat voor ontwikkeling ik zelf heb doorlopen. Ik vond het dan ook moeilijk om een lesplan te bedenken voor de basisschool omdat ik gewoonweg niet wist of niet kon inschatten wat de kinderen kunnen doen/ maken etc. Al helemaal niet voor kleuters want je wilt het al snel simpel houden en gestructureerd want de spanningsboog van kinderen op die leeftijd is niet zo heel erg groot. Dit resulteert dan al gauw in ‘knutselen’ wat ten nadele is voor de creativiteit van de kinderen.
Op de eerste basisschool hebben we dan ook meer geknutseld dan de kinderen iets nieuws bijgeleerd of iets vernieuwend gedaan. Dit vond ik zelf erg jammer, we hadden toen gekozen voor ‘veilige’ opdrachten, waarbij we veel te veel structuur gaven en we zelf ook veel te veel dingen moesten voorbereiden/preparen, wat voor mijzelf enerzijds niet echt voldoening gaf of me hielp in mijn leerproces. Anderzijds heb ik dan wel enorm veel geleerd over hoe het anders en beter kan en dat jonge kinderen vaak meer kunnen dan je zelf denkt, het gaat dan ook niet om het resultaat maar om het proces.
Bij de tweede basisschool hebben we ons dan ook meer gefocust op het proces, we hebben de kinderen wel structuur aangeboden maar in een minder rechtlijnig verband; de kinderen konden in deze nieuwe opdrachten meer hun fantasie en creerende vermogen kwijt. Je zag de kinderen helemaal opleven en verdwijnen in hun fantasiewereld, dit vond ik erg leuk om te zien en mee te maken, ook haalde ik uit het geven van deze opdrachten meer voldoening, en had ik ook meer zin om les te gaan geven op deze basisschool. Bij de eerste basisschool was ik iedere keer weer blij dat de dag om was.
Wat ik verder heb geleerd is om geen gesloten vragen te stellen; wanneer je een vraag stelt tijdens een kringgesprek die met ja of nee beantwoord kan worden, roept ieder kind zijn antwoord, wanneer je bijvoorbeeld vraagt ; Ga je mee naar binnen? Dan zegt een kleuter ‘nee’. Hij/zij krijgt de keuze en wanneer hij/zij wil doorspelen wordt er gerust nee gezegd, dit is overigens wel heel erg grappig. Maar je moet soms dus wel erg stellig zijn maar ook duidelijk , alles in kleine stapjes uitleggen en aanbieden in verschillende en afwisselende werkvormen; zo prikkel je van alles bij de kinderen en sluit hetgeen je ze wilt leren meer aan bij hun eigen leefwereld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten